Marcel Lapierre Morgon 2022

De Morgon van Marcel Lapierre is een begrip onder kenners. Marcel Lapierre nam in de jaren tachtig het domein van zijn vader over en merkte al snel dat de wijnen die ze produceerden in niets meer leken op de grote wijnen uit zijn jeugd. In de overtuiging dat hij op het verkeerde spoor zat, ging hij op zoek naar raad en kwam in contact met de legendarische Jules Chauvet. Chauvet, toen al geruime tijd gepensioneerd, leerde hem hoe het wel moest. Lapierre besloot het roer radicaal om te gooien en per direct werd gestopt met het gebruik van insecticiden en bestrijdingsmiddelen. In de wijngaard werden nieuwe stokken aangeplant die minder, maar betere druiven leveren. Onkruid wordt verschillende keren per jaar handmatig verwijderd. Ook het werk in de kelder is omgegooid. Er worden uitsluitend nog natuurlijke gistcellen gebruikt en al het roestvrijstaal is vervangen door hout. De eerste jaren waren bijzonder moeilijk, maar geleidelijk aan kregen deze prachtige wijnen steeds meer naam. Inmiddels zijn Lapierre en zijn wijnen een begrip en staan ze op de kaart van menig sterrenrestaurant. Het zijn verrukkelijke, onweerstaanbare wijnen die in niets lijken op het overgrote deel der Beaujolais-wijnen. Vanaf de jaargang 2010 is zoon Mathieu verantwoordelijk voor de vinificatie, die het levenswerk van zijn vader met succes verder zet.

Officieel is de Beaujolais een onderdeel van de Bourgogne. In de praktijk wordt het als een apart gebied gezien. De Beaujolais is gelegen ten zuiden van de Bourgogne en ten noorden van Lyon. Het ligt als een corridor tussen de uitlopers van het “Massif Central” in het westen en de vlakte van de rivier de Saône in het oosten. De 500 tot 1.000 meter hoge bergen in het westen bieden beschutting aan de wijngaarden. Bovendien veroorzaakt de aanwezigheid van de bergrug föhneffecten. Deze warme valwind droogt de dominante westenwind uit, wat zeer bevorderlijk is voor de wijnbouw. De wijngaarden in de Beaujolais liggen op hoogte de 200 en 400 meter en zijn voornamelijk op de zuidelijke en zuidoostelijke hellingen gebouwd. Hierdoor profiteren zij van optimaal zonlicht. Factoren zoals geografische ligging, de hoogte en de aard van het landschap zorgen ervoor dat er in het gebied verschillende microklimaten voorkomen. Deze leveren een belangrijke bijdrage aan de eigenschappen van de verschillende Cru’s, de beste gebieden in de Beaujolais. De wijnranken van de tien Cru’s zijn allemaal aangeplant op oostzuidoostelijke hellingen en liggen op een hoogte tussen de 200 en 500 meter. De bodem bestaat voornamelijk uit graniet, waardoor de wijnen structuur hebben. Alle rode wijnen zijn van één druivenvariëteit gemaakt, de Gamay. Kenmerken zijn fruit, souplesse en vooral drinkbaarheid. Ideaal voor de wijndrinker die op zoek is naar minder zware wijnen.

In Beaujolais zegt men: “Bourgogne proef je, Beaujolais drink je”. De wijn kan breed ingezet worden bij fenomenaal veel gerechten . Denk aan Terrines, gevogelte, wit vlees en vegetarische schotels.