De druif Kerner is een ras dat zich heel goed thuis voelt in dit wijngebied. Mogelijk komt dat doordat
Kerner een kruising is tussen Schiava Grossa met Riesling; de Schiava komt oorspronkelijk uit deze regio.
Logischerwijs heeft een wijn van Kerner eigenschappen die van beide rassen te herkennen zijn.
De kleur is bleekgeel. De geur is aromatisch en intens. Je herkent daarin witte peer, abrikoos, perzik en
mango. Ondanks het sappige karakter kun je de smaak toch omschrijven als redelijk strak. De zuren zijn
verfrissend, mineralig en rijp. De afdronk is lang.
In dit deel van Italië is het altijd lastig om te kiezen voor één van de twee gangbare talen; dit deel van
Italië is lange tijd in Oostenrijkse handen geweest. Om die reden kun je de naam Alto Adige of Südtirol
op de fles aantreffen. Het bedrijf is gevestigd even buiten de plaats Vahrn / Varna, ongeveer 40
kilometer ten noordoosten van de regionale hoofdstad Bozen / Bolzano. Het bedrijf heet voluit Kloster
Neustift, of in het Italiaans Abbazia di Novacella. De geschiedenis van het bedrijf gaat teug tot maar
liefst 1142; ze behoren daarmee tot de oudste, nog actieve wijnbedrijven in de wereld. Maar ze zijn
zeker met de tijd mee gegaan; ze werken sinds 1992 CO2-neutraal. Het aldaar gevestigde klooster
maakte de wijn aanvankelijk voor de kerkelijke vieringen; later werd de wijn ook geproduceerd voor
andere gelegenheden. De wijngaarden liggen op grote hoogte: tussen 600 en 900 meter hoogte op
veelal steile hellingen. Sinds het begin van de 19de eeuw kwam een deel van de wijngaarden ook in
andere handen, maar de wijnboeren brachten hun druiven nog altijd naar het klooster om er wijn van
te laten maken.
In de loop van de eeuwen heeft het bedrijf een enorme kennis opgebouwd over de kunst van het wijn
maken en over het optimaal benutten van de combinatie van bodems en druivenrassen.
Het bedrijf heeft als stelregel dat kwaliteit boven kwantiteit gaat en dat is merkbaar aan de zeer goede
kwaliteit van hun wijnen.
Italië is, op een paar uitzonderingen na, niet erg gezegend met grootse witte wijnen. De grootste
uitzondering hierop is Alto Adige/Südtirol aan de voet van de alpen, het heeft ons het afgelopen
decennia verrast met zeer goede witte wijnen. Het geheim is de juiste druif op de juist plek, in de praktijk
betekent dat de hoogte in, de berghellingen op. Het gebied hoort pas sinds het eind van de Eerste
Wereldoorlog bij Italië. Dat is goed te merken aan de taal, de keuken en ook de druivensoorten. Centrum
van het gebied is de stad Bolzano. Daar komen de twee belangrijkste rivieren, de Adige en de Isarco, bij
elkaar. De valleien van deze rivieren vormen de basis voor de wijnbouw in dit gebied; een andere plek
is vrijwel onmogelijk, omdat het hier te bergachtig is. De wijngaarden liggen tussen de twee- en
zeshonderd meter hoog; soms nog hoger. Met niet meer dan 5300 hectare aan wijngaarden is het een
klein wijngebied, goed voor minder dan 1% van de Italiaanse wijnproductie.
Een Kerner wijn laat zich goed combineren met gerechten die sterkere smaken hebben. Zo kun je de
combinatie maken met de oosterse keuken; denk aan sushi. Maar ook als wijn bij kaasfondue koimt hij
tot zijn recht. En zeker ook als aperitief wijn.
